Dat melden de ministers Hugo de Jonge (Volksgezondheid) en Carola Schouten (Landbouw) aan de Tweede Kamer. Het kabinet gaat mee in het advies, laten de ministers weten. Tot nu toe zijn er 25 nertsenfokkerijen bekend met een besmetting. Hiervan zitten de meeste (21) in Brabant, en vier in Limburg. De besmettingen kunnen vrijwel alleen een gevaar vormen voor werknemers die fysiek op de stallen aanwezig zijn. Buiten de omliggende omgeving vormen de besmette nertsen geen gevaar voor de volksgezondheid.
Wel kunnen er ‘reservoirs’ ontstaan, waardoor het coronavirus blijft bestaan onder nertsen, ook als mensen elkaar bijna niet meer aansteken. Minister Schouten werkt aan een regeling voor houders die op zeer korte termijn willen stoppen. Vanaf 2024 is het fokken van nertsen sowieso verboden. Met ondernemers die toch door willen gaan tot die tijd, moeten “strikte afspraken gemaakt worden over de voorwaarden waaronder dit kan, zoals het naleven van strenge hygiënemaatregelen”.
In Nederland zijn ongeveer 130 nertsenhouderijen, volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over 2019. Ruim een derde van de 800.000 nertsen die Nederland telt, wordt gehouden in Brabant-Zuidoost. Hierbij is alleen gekeken naar de moederdieren. Begin juni ruimde de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) zo’n 570.000 nertsen in Noord-Brabant en Noord-Limburg omdat bij fokkerijen het coronavirus was vastgesteld. Dit waren voor het grootste deel pups. (ANP)