Bureau Jeugdzorg wijst steeds vaker hulpvragen van ouders af, zo meldt de Volkskrant vrijdag. Uit cijfers van brancheorganisatie MOgroep blijkt dat bijna 40 procent van de aanmeldingen niet wordt geaccepteerd.
Geen capaciteitsgebrek
Volgens de Volkskrant is het onduidelijk of ouders en kinderen na een afwijzing bij een andere instantie terechtkomen voor hulp of met hun probleem blijven rondlopen. Dat registreert de MOgroep niet. De MOgroep kan niet eenduidig verklaren waarom steeds meer ouders worden afgewezen. Een woordvoerster zegt dat het in elk geval niet zo is dat Bureau Jeugdzorg aanvragen moet afwijzen door capaciteitsgebrek. “Vermoedelijk worden ouders steeds vaker doorverwezen naar lichte opvoedhulp die door de gemeente wordt aangeboden.” Harde gegevens daarover ontbreken echter, zo schrijft de krant.
Meer hulpvragen
Uit de cijfers blijkt verder dat Bureaus Jeugdzorg het de afgelopen jaren steeds drukker kregen met de zorg voor probleemjongeren. In 2005 werden 58 duizend aanvragen gedaan voor hulp; in 2009 was dat gestegen tot ruim 100 duizend – een verschil van ruim 70 procent. Maar het aantal mensen dat daadwerkelijk hulp kreeg van Bureau Jeugdzorg, steeg slechts met ruim 20 procent. Cecile Jenneskens van Bureau Jeugdzorg Utrecht stelt in de Volkskrant dat veel problemen waarmee mensen aankloppen, niet ernstig genoeg zijn. “Bureau Jeugdzorg is er voor de gespecialiseerde hulp: een medisch kinderdagverblijf, specialistische dagbehandeling. Voor lichtere problemen sturen we ouders vaak door naar bijvoorbeeld het maatschappelijk werk.”