Directeur Micheal Bloemendal van het Joodse verpleeghuis Beth Shalom moet opstappen. Dat vindt het Verbond Belangbehartiging Vervolgingsslachtoffers (VBV).
Volgens de VBV heeft Bloemendal herhaaldelijk geblunderd. Het stoort zegt de VBV bovendien dat het falende, ‘toch al dure’ managent nu ook nog eens een dure interim-manager erbij krijgt. Zowel het nieuwe tehuis in Amstelveen als de vestiging in Amsterdam van Beth Shalom is onder verscherpt toezicht gesteld van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). In reactie hierop werd besloten om interim-manager Jeroen Colette aan te stellen om de zaak weer op de rails te krijgen.
Onvoldoende
De inspectie constateerde ondermeer dat het personeel onvoldoende deskundig was. Ook is er een uitbraak van de ziekenhuisbacterie MRSA geweest. Bovendien mogen de bewoners niet meer de balkons op, omdat de hekken daarvan te laag zijn en er onvoldoende personeel is om toezicht te houden.
Afgegleden
“Zien de bestuurders van Beth Shalom deze zorginstelling als opleidingsinstituut voor een al jaren falende manager?”, vraagt het verbond zich op zijn site af. De VBV vindt dat niet alleen subsidiegevers, maar ook de Joodse gemeenschap financieel bloeden voor de in zijn ogen blunderende directie. Volgens de VBV is de instelling sinds de aanstelling Bloemendal in 2000 “naar een bedenkelijk niveau afgegleden” en “alleen al zijn aanwezigheid een bedreiging voor welke nieuwe manager dan ook.” Bloemendal moet per direct op non-actief worden gesteld, vindt de VBV. Hij vindt het een risico als de directeur zich nog gaat bemoeien met beleidshervormingen en aanpassingen conform de zorgprotocollen. “Dat station is gepasseerd.”