Aanbieders van gehandicaptenzorg snijden door bezuinigingen op het vervoer van en naar dagbesteding noodgedwongen steeds vaker in de zorg, onder meer door te bezuinigen op begeleiders. De tekorten zijn sinds de bezuinigingen in 2013 opgelopen tot tientallen miljoenen euro.
De Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland (VGN) vindt dat er een grens is bereikt en heeft bij de Tweede Kamer aangedrongen op invoering van kostendekkende vervoerstarieven.
In Nederland hebben dagelijks circa 60.000 mensen met een beperking vervoer nodig van en naar dagbesteding. In 2013 werden tarieven voor deze voorziening bijna gehalveerd, waardoor de vergoeding onder de kostprijs kwam te liggen. De sector heeft in de afgelopen vier jaar veel gedaan om die bezuiniging zelf op te vangen. Door meer gehandicapten tegelijk te vervoeren en het schrappen van begeleiders op de bussen kon lang stand worden gehouden. Maar inmiddels zijn tientallen vervoerders failliet gegaan, stelt de koepelorganisatie KNV.
Zinvol bestaan
“Dagbesteding is voor mensen met een beperking wat werken en scholing is voor mensen zonder beperking,” onderstreept VGN-directeur Frank Bluiminck het belang van adequaat vervoer. “Dankzij dagbesteding kunnen kinderen en volwassenen met een beperking zich ontwikkelen, leren en een zinvol bestaan hebben. Maar door de maatregelen zijn de reistijden opgelopen, is de kwaliteit – waaronder de veiligheid – van de ritten aangetast en nemen de klachten toe. Intussen worden de tekorten opgevangen door te bezuinigen op de zorg zelf, bijvoorbeeld door minder begeleiders aan te nemen.”
Bluiminck noemt het onaanvaardbaar dat de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) zich pas in 2019 over mogelijk nieuwe tarieven buigt. “De gehandicaptenzorg heeft zelf alles al gedaan om de bezuinigingen het hoofd te kunnen bieden”, aldus Bluiminck. “Al te lang wordt zorggeld ingezet om het vervoer te kunnen blijven betalen. Kostendekkende vervoerstarieven kunnen deze onverantwoorde scheefgroei een halt toeroepen.”