Bijna 10 procent van de bevolking maakt gebruik van alternatieve behandelwijzen. Tal van zorginstellingen passen interventies en benaderwijzen toe die beogen de kwaliteit van leven te verhogen zonder dat altijd de effectiviteit ervan onderzocht is. Denk bijvoorbeeld aan geur-, massage- en muziektherapie in verpleeghuizen.
ZonMw is in navolging van wereldgezondheidsorganisatie WHO van mening dat hier meer onderzoek naar verricht moet worden. Onderzoek om de effectiviteit in kaart te brengen, maar ook om de veiligheid vast te stellen (denk ondermeer aan de interactie met andere therapieën).
Meningen verdeeld
De meningen hierover zijn verdeeld. Sommigen – vooral uit de kring van de Vereniging tegen de Kwakzalverij (VtdK) – zijn hier fel tegen. Zij vinden de theoretische uitgangspunten van niet-reguliere behandelwijzen onnavolgbaar en daarom zouden naar hun mening schaarse onderzoeksmiddelen beter aan andere prioriteiten besteed kunnen worden. Anderen – zij die al bij voorbaat overtuigd zijn van de werkzaamheid – zien ook niet zoveel in wetenschappelijk onderzoek, want zij weten het antwoord immers al.
Onafhankelijk
Vanuit een onafhankelijke positie wil ZonMw een constructieve bijdrage leveren aan de beantwoording van de legitieme vraag naar effectiviteit en veiligheid. De enige bijdrage is gedegen wetenschappelijk onderzoek. Blijkt uit dit onderzoek effectiviteit dan dient de behandelmethode toegevoegd te worden aan het reguliere zorgaanbod. Blijkt zulks evenwel niet, dan rest niets anders dan de methode als obsoleet te verklaren. Het bepleite wetenschappelijke onderzoek is niet alleen maatschappelijke relevant, maar op de langere duur niet vrij van consequenties.